[A] 3.- Een dag in het leven van een Nederlandse student

> Audio van de tekst - Audio del texto http://neerlandesparatodos.com/wp-content/uploads/sites/14/2015/07/3-Een-dag-in-het-leven-van-een-Nederlandse-student.mp3 Een dag in het leven van een Nederlandse studentDoor A. van Drecht, bewerkt door F. García de la Banda Ik woon in een studentenhuis. We zijn daar met z’n vieren: twee jongens en twee meisjes. De kamers zijn heel klein. We hebben ook een woonkamer. Daar kijken we televisie en eten we ‘s avonds samen. We koken om de beurt. Ik word laat wakker, als ik geen college/les heb. Ik hou van uitslapen. Dan loop ik naar de keuken. Daar maak ik koffie en het ontbijt. Na het ontbijt ga ik naar de universiteit. Ik ga vaak naar de bibliotheek. Daar kan ik goed studeren (thuis is teveel afleiding). Ik moet natuurlijk ook naar colleges. ‘s Middags lunch ik in de kantine. Daar is het altijd gezellig. Ik zie mijn vrienden vaak. Soms ‘s middags, en soms ‘s avonds. We drinken vaak koffie in een café. Dan praten we veel, over onze levens. Er zijn altijd nieuwe verhalen! ‘s Avonds drinken we een biertje of een wijntje. Soms gaan we naar de film. Maar ik heb ook nog hobby‘s. Één keer per week heb ik dansles. Dat is op dinsdagavond. Dat vind ik altijd leuk. Ik ontmoet er leuke mensen. Na de les gaan we vaak wat (= iets) drinken. Als ik moe ben, lees ik graag. Zo lang mogelijk! Ik ga graag naar de sauna. Soms ben ik gestrest. Dan wil ik me ontspannen. In de sauna voel ik me rustig. Ik denk dan niet aan studeren! Na al deze dingen ga ik vaak laat naar bed. En dan begint het opnieuw! Woordenschathet studentenhuisOp ‘kamers’ wonen [NL] = Op ‘kot’ wonen [VL]Met z’n (= zijn) vierende woonkamer (=...

[A] 4.- Eten

 > Audio van de tekst - Audio del texto http://neerlandesparatodos.com/wp-content/uploads/sites/14/2015/07/4-Eten.mp3 4. EtenDoor A. van Drecht, bewerkt door F. García de la Banda Ik denk dat ik redelijk gezond eet. Ik houd van koken. Ik maak mijn maaltijden met veel groenten, noten, kruiden, en… geen vlees! Ik ben vegetariër. Ik heb al negen jaar geen vlees gegeten. Vegetarisch koken is makkelijk. Veel mensen denken dat vegetariërs ongezond zijn, maar kijk naar mij! Al negen jaar en nooit ziek. Ik kook ook vegetarisch voor mijn vrienden. Zij eten wel vlees. Maar zij vinden dat niet erg. Als je goed kan koken, mis je het vlees niet! Ik eet ook graag biologisch. Het is vaak wel duurder dan gewone producten, maar het geeft me een goed gevoel. Het is belangrijk om goed te zorgen voor de dieren en de natuur. Er bestaat ook biologisch vlees. Dat zijn bijvoorbeeld koeien die een mooi leven hebben gehad. Dat vind ik heel goed. Ik vind dat meer mensen biologisch vlees zouden moeten eten. Maar ík? Ik eet helemaal geen vlees. Ik wil niet teveel nadenken over eten. Voor sommige mensen is eten een obsessie. Ze eten teveel, of juist helemaal niet. Ik wil graag gewoon gezond eten, zonder erover [= *over het = over eten] na te denken. Veel mensen slikken vitaminepillen of voedingssupplementen. Maar als je gezond eet, is dat niet nodig. In een complete maaltijd zit alles! Natuurlijk eet ik soms te veel van iets, zoals chocolade. Maar meisjes hebben dat nou eenmaal nodig! Ik vind: snoepen mag, als je er maar van [= *van het = van snoepen] geniet! Woordenschatgezond vs. ongezondkokenvegetarisch (eten, koken)de vegetariër-s (zijn)de maaltijd-ende noot-notende groente-n /-shet kruid-de kruidenhet vleesziek (vs. gezond)iets missenbiologisch-eduur-dure zorgen voorde koe / koeiende obsessie-ste...

[A] 5.- Winkelen

> Audio van de tekst - Audio del texto http://neerlandesparatodos.com/wp-content/uploads/sites/14/2015/07/5-Winkelen.mp3 WinkelenDoor A. van Drecht, bewerkt door F. García de la Banda Winkelen doe ik het liefst alleen. In mijn eentje gaat het snel. Ik hou niet zo van wachten. Winkelen is vaak saai. Soms ga ik met een vriendin winkelen. Dat is best leuk. Maar liever zit ik in een cafeetje. Ik drink liever koffie dan dat ik winkel! Als student heb ik vaak ook geen geld, en zonder geld is winkelen niet leuk. Ik werk, maar ik moet mijn studie, de huur, etc. betalen. Soms zegt mijn moeder: ‘kom, we gaan de stad in’. Dat is fijn, want dan betaalt zij. Ik hou niet van merkkleding. Ik vind dat onzin, en het is vaak duur. Ik hou van goedkope winkels. Daar kun je voor weinig geld veel kopen! Wat ik wel graag koop, zijn oorbellen. Ik heb er al heel veel. Maar ik koop geen dure oorbellen. Daar heb ik geen geld voor [= Ik heb geen geld *voor dat = voor dure oorbellen]. Ik vind het leuk om naar rommelmarkten te gaan. Alles is daar goedkoop. Je vindt er dingen die niet in de winkels te koop zijn. Ik winkel niet graag op zaterdagmiddag. Dan is het veel te druk! Ik wil niet in de rij staan. Het liefst ga ik op bijvoorbeeld dinsdagochtend winkelen. Dan is er bijna niemand! Dan heb je veel ruimte en tijd. Mensen kopen heel veel tegenwoordig. Maar ze hebben niet zoveel nodig! Ik heb alles al. Ik heb kleding, meubels, schoenen, sieraden, enzovoorts. Ik heb niets meer nodig! Ik wil niet winkelen om me beter te voelen. Alleen als ik écht iets nodig heb, wil ik het kopen. Ja, of het...

[A] 6.- Wat doe ik met Kerst?

 > Audio van de tekst - Audio del texto http://neerlandesparatodos.com/wp-content/uploads/sites/14/2015/07/6-Wat-doe-ik-met-kerst.mp3 Wat doe ik met Kerst? Door A. van Drecht, bewerkt door F. García de la Banda Vóór het Kerstmis is, kopen wij een kerstboom. Soms hakken wij die zelf, want dat is goedkoper. De boom komt in de woonkamer. Maar hij moet ook nog versierd worden! Dat noemen wij “de kerstboom optuigen”. Er komen slingers, kerstballen en engeltjes in. Maar ook chocolade. Op het topje komt een piek. Met Kerst is het fijn en rustig thuis. Iedereen geniet van de feestdagen. Soms gaan we wandelen, en soms spelen we een spelletje. Bij mijn familie spelen we elk jaar Monopoly! En elk jaar wint mijn broer weer. Verder is het eten natuurlijk belangrijk met Kerst. Er wordt lang en veel gekookt. Vaak maken we allemaal een gerecht. Ik maak vaak het toetje. Mijn broer, zus, ik en mijn ouders zijn meestal samen. Maar vaak zijn er ook meer mensen, zoals familie. Onze tante Sylvia komt soms op bezoek, met onze neven en nichten. En soms komen er gewoon vrienden van mijn ouders. Als je een vriend of vriendin hebt, moet je naar twee paar ouders met Kerst; die van jou, en die van de ander. Dan is het druk!Kerstavond op 24 december is in Nederland niet zo heel belangrijk. Het gaat hier eerder om 25 en 26 december: eerste en tweede Kerstdag. De cadeaus zijn ook anders. Wij geven vaak al cadeaus op 5 december, met Sinterklaas. Dus met Kerstmis krijg je meestal niets meer! Op 31 december, met Oud en Nieuw, zijn wij met vrienden. We spreken af bij iemand thuis en eten samen. Vóór het twaalf uur is, kijken we naar de televisie. Want elk jaar hebben we...

[A] 7.- Sinterklaas

 > Audio van de tekst - Audio del texto http://neerlandesparatodos.com/wp-content/uploads/sites/14/2015/07/7-Sinterklaas.mp3 SinterklaasDoor A. van Drecht, bewerkt door F. García de la Banda In Nederland en België hebben we een feestdag die bijna nergens anders is: Sinterklaas. Het is best belangrijk. Veel mensen vinden het belangrijker dan Kerstmis! [= Kerst]. Het verhaal van Sinterklaas is interessant. Sinterklaas komt uit Spanje. Uit Madrid, om precies te zijn. Elk jaar op 5 december komt Sinterklaas met zijn boot naar Nederland. Het is een stoomboot. Sinterklaas brengt cadeautjes en snoepgoed. ’s Nachts rijdt hij over de daken van de huizen met zijn witgrijze paard, zijn schimmel. Maar hij kan dat natuurlijk niet allemaal alleen. Daarom heeft hij hulp van de Zwarte Pieten. Dit zijn zijn assistenten die hem bij alles helpen. Zo worden de cadeautjes gebracht. De Pieten gooien pepernoten naar de kinderen. Dat zijn kleine ronde koekjes. Kinderen denken dat Sinterklaas echt bestaat. Zij geloven wat hun ouders zeggen. Maar het is natuurlijk een verhaal, een legende. Als ze zeven of acht jaar oud zijn, weten ze dat het niet echt is. Maar dan vieren we nog steeds Sinterklaas. Hoe ouder je wordt, hoe minder belangrijk het Sinterklaasfeest is. Wij vieren thuis geen Sinterklaas meer, omdat wij al te oud zijn. Nu vinden wij Kerst belangrijker. Op Sinterklaasavond eet de familie vaak samen. Daarna worden er pepernoten, snoep en chocolade gegeten. En dan is het tijd voor cadeautjes! Woordenschatde feestdag-feestdagenhet verhaal-verhaleninteressantprecieshet jaar - elk jaarde boot-botende stoombootbrengen het cadeau-shet snoepgoed’s nachtshet dak / dakenhet paard-ende hulp[-en]helpenzwartde schoorsteen/-stenende pepernoot/-notenhet koekje-sbestaande oudersvierende familie-ssamen Vocabulariola festividad la historia (contar una historia) interesante preciso [Adj.], justo, así es [Adv.] el año - cada año el barco el barco de vapor traer el regalo las golosinas, chuches de...

[A] 8.- Wat doe ik in mijn vrije tijd?

 > Audio van de tekst - Audio del texto http://neerlandesparatodos.com/wp-content/uploads/sites/14/2015/07/8-Wat-doe-ik-in-mijn-vrije-tijd.mp3 Wat doe ik in mijn vrije tijd?Door A. van Drecht, bewerkt door F. García de la Banda Als student heb ik veel vrije tijd. Als ik klaar ben met studeren, kan ik iets leuks gaan doen! In mijn vrije tijd doe ik veel verschillende dingen. Het ligt aan mijn stemming. Als ik moe ben, doe ik liever iets rustigs. Als ik energie heb, wil ik naar buiten. Als ik zin heb om te praten, bel ik een vriendin op. Als ik moe ben lees ik graag. En ook als het slecht weer is [= als het weer slecht is]. Dan is het fijn om thuis op de bank te zitten. Soms kijk ik televisie, maar niet te veel. Er zijn maar weinig leuke programma’s op tv [tevé]. Ook luister ik heel graag naar muziek. Als ik niet vroeg hoef op te staan, gaan we uit. Dan gaan we een biertje drinken in een café. Het is fijn om een hele avond met vrienden te zijn! Er is dan genoeg tijd om samen te praten. Over wat we hebben meegemaakt. De volgende ochtend heb ik dan soms een kater. Dan slaap ik zo veel mogelijk. Maar het leukste van allemaal vind ik naar het park gaan met mijn vrienden. Het moet dan wel lekker weer zijn. We hebben een kleedje om op te zitten. Eén van ons neemt drinken mee. Bijvoorbeeld een fles wijn, of biertjes. Een ander heeft iets te eten, brood en kaas, of een salade. Zo zitten we de hele middag op het gras! We praten wat, we liggen in de zon, we kijken naar de andere mensen in het park.. een perfecte middag! Woordenschatde studentde vrije...