[A] 16.- Vriendschap

Vriendschap

Door A. van Drecht, bewerkt door F. García de la Banda

Mijn belangrijkste vrienden heb ik ontmoet op de middelbare school. Toen we allemaal ongeveer 14 waren, leerden we elkaar kennen. Langzaam werden we toen een hechte groep. Nu zijn we al tien jaar beste vrienden. Het zijn in totaal acht personen, zes meisjes en twee jongens. Doordat we elkaar al tien jaar lang kennen, weten we bijna alles over elkaar.

Na de middelbare school gingen we studeren. Sinds vijf jaar wonen we allemaal ergens anders, maar we houden contact. Soms bellen we, soms e-mailen we, en soms spreken we af. Bijna elk jaar gaan we met z’n allen op vakantie. Dan hebben we alle tijd om te praten, te lachen en elkaar bij te praten.

Naast deze vrienden heb ik nog 'losse' vriendschappen. Met sommige vriendinnen deel ik alles en met andere maar een beetje. Het ligt eraan of je je op je gemak voelt bij iemand. Met mijn beste vriend deel ik naast onze vriendschap ook onze hobby: muziek. We gaan dan vaak samen naar een concert, oefenen samen of luisteren naar muziek.

Vrienden zijn voor mij heel belangrijk. Ten eerste kun je met hen praten over problemen. Zij kunnen je advies geven als je dat nodig hebt. Ten tweede is het vaak fijner om samen dingen te doen dan alleen. Ik ga bijvoorbeeld liever met hen naar de film dan alleen.

Liefde is anders dan vriendschap, omdat ik mijn vriendinnen langer kan missen dan mijn vriend. Als ik een vriendin een paar maanden niet zie, is dat o. Als ik mijn vriend een paar maanden niet zie, vind ik dat heel erg en mis ik hem verschrikkelijk.

Het maken van nieuwe vrienden is niet makkelijk. Er is veel tijd voor nodig om elkaar te leren kennen en te vertrouwen. Want oppervlakkige vriendschappen zijn voor mij minder waard dan echte, diepgaande vriendschappen.

Woordenschat

De middelbare school
ontmoeten (ontmoette-h. ontmoet)
Elkaar leren kennen
Een hechte groep/familie
bellen (= opbellen)
e-mailen
afspreken
Met z’n allen
Met iemand/elkaar bij te praten
los
een los nummer (van tijdschrift)
Je op je gemak voelen
de hobby
het probleem
het advies
de vriendschap
missen
Iets erg vinden
Dat is niet erg = Dat is geen probleem
Vrienden maken
(op iemand) vertrouwen
oppervlakkig
diepgaand

Vocabulario

La secundaria, el bachillerato
encontrar / conocer
conocerse (el uno al otro)
un grupo (una familia) unido/a
llamar por teléfono
enviar un e-mail
quedar
todos juntos
ponerse al día
suelto
un número suelto (de una revista)
Sentirte a gusto, cómodo/a
el hobby, la afición
el problema
el consejo
la amistad
echar de menos (tb. ‘perder’ p.e. el tren)
parecerte que algo es terrible
No es grave = No es problema
Hacer amigos
confiar (en alguien)
superficial
profundo/a