[VL] Johan Verminnen (1971 -)

Johan Verminnen.2

Johan Verminnen.1

Johan Verminnen.3

Johan Verminnen.4

Johan Maurits Verminnen (Wemmel, 22 mei 1951) is een Belgische liedjesschrijver en zanger. Zijn bekendste liedjes zijn waarschijnlijk ‘Ieder met zijn vlag’ (1970), ‘Laat me nu toch niet alleen’ (1973), ‘Brussel’ (1976), ‘Oostende in the rain’ (1978), ‘In de Rue des Bouchers’ (1979), ‘'k Voel me goed’ (1981), ‘Mooie dagen’ (1986), ‘Paulien’ (1990) en ‘De tet van Koekelberg’ (2007).

Verminnen werd geboren als jongste in een gezin van vijf kinderen en groeide op in Wemmel, net ten noorden van Brussel. Hij volgde secundair onderwijs aan het Sint-Pieterscollege in Jette.

Al van jongs af aan wilde Verminnen zanger worden. Eerste ruimere bekendheid verwierf hij dankzij een televisie-optreden in het programma Ontdek de ster in 1969, en zijn eerste plaat verscheen in 1971.

Vaak is Brussel het thema of de inspiratiebron van Verminnens chansons, een stad waar hij zich nauw mee verbonden voelt. Een van zijn bekendste liedjes en tegelijk een klassieker op feest- en dansgelegenheden, is ‘In de Rue des Bouchers’ uit 1979 (in het Nederlands Beenhouwersstraat, de bekendste horecastraat in het centrum van Brussel). Nochtans is dit nummer minder representatief voor Verminnens werk (het is in het Brussels dialect gezongen en heeft een volks, feestelijk ritme). Het is in Vlaanderen minder bekend dat Verminnen ook heel wat Franstalige liederen opnam en daardoor ook in de Franstalige wereld enige bekendheid geniet.

Johan Maurits Verminnen (Wemmel, 22 de mayo de 1951) es un compositor y cantante belga. Sus canciones más conocidas son probablemente ‘Cada uno con su bandera’ (1970), ‘No me dejes ahora’ (1973), ‘Bruselas’ (1976), ‘Ostende bajo la lluvia’ (1978), ‘En la Rue des Bouchers’ (1979), ‘Me siento bien’ (1981), ‘Días bonitos’ (1986), ‘Paulien’ (1990) y ‘La cúpula de Koekelberg’ (2007).

Verminnen era el benjamín de una familia de cinco hermanos y creció en Wemmel, justo al norte de Bruselas. Cursó la enseñanza secundaria en el Sint-Pieterscollege de Jette.

Ya desde su juventud Verminnen quería ser cantante. Se dio a conocer al gran público por primera vez gracias a una actuación televisiva en el programa Descubre a la estrella en 1969, y su primer disco apareció en 1971.

Bruselas es a menudo el tema o la fuente de inspiración de las canciones de Verminnen, una ciudad a la que se siente muy unido. Una de sus canciones más conocidas y a la vez un clásico de fiestas y bailes es ‘En la Rue de Bouchers’ de 1979 (en neerlandés la ‘Calle de los Carniceros’ (Beenhouwersstraat), la calle para salir  más conocida del centro de Bruselas. Sin embargo, este número es menos representativo del trabajo de Verminnen (está cantado en dialecto de Bruselas y tiene un ritmo popular y festivo). En Flandes se conoce menos que Verminnen también ha grabado muchas canciones en francés y que por ello también goza de cierta popularidad en el mundo francófono.

Johan Verminnen – Laat me nu toch niet alleen (1973)

Laat me nu toch niet alleen
radeloos en verloren,
sloop die muren om me heen
help me zo bij jou te komen.

Laat me eens je gezel zijn
wees de gids die me zal leiden,
want ik ben reeds lang op reis
en zo moe, kom en bevrijd me.

Neem me mee naar je land
vol muziek en vol dromen,
leid me naar je land,
laat me in jouw wolken wonen.

Laat me nu toch niet alleen
neem m'n hand en toon me
de weg die leidt naar jou alleen
help me zo bij jou te komen.

Neem me mee naar je land
vol muziek en vol dromen,
leid me naar je land
laat me in jouw wolken wonen.

(refrein)

Johan Verminnen – No me dejes solo ahora (1973)

No me dejes solo ahora
desesperado y perdido,
derriba esos muros a mi alrededor
ayúdame así a llegar hasta ti.

Déjame estar a tu lado,
la guía que me dirija,
porque ya llevo mucho de viaje
y tan cansado, ven y libérame.

Llévame a tu país
lleno de música y sueños,
guíame a tu país
déjame vivir en tus nubes.

No me dejes solo ahora
toma mi mano y muéstrame
el camino que lleva solo hacia ti,
ayúdame así a llegar hasta ti.

Llévame a tu país
lleno de música y sueños,
guíame a tu país,
déjame vivir en tus nubes.

(estribillo)

Closeau – Laat me nu toch niet alleen

Johan Verminnen – Brussel (1976)

Mijn Brussel, 'k zit in je binnenzak
een warme jas je binnenstad
die mij omarmt
en verwarmt als vroeger,
toen ik verdwaald en lusteloos
jouw geborgenheid verkoos
al zijn mijn dromen
nu wat droever.

Hier kende ik mijn eerste lief
mijn eerste droom
eerste verdriet
hier kerfde ik haar naam nog    
in jouw bomen
hier had ik vrienden
liep ik school    
en raakte ook nog op de dool
hier voelde ik me vaak verloren.

Mijn Brussel, al ben je erg ziek
een mollepijp
een braakland 
in ruïne ken ik jou niet
ach je bent wreed veranderd
al ben je als een lelijk huis
toch voel ik me hier veilig thuis
als nergens anders.

(refrein)

Mijn Brussel, ik verlies me weer
en loop je straatjes op en neer
ze zijn jouw duizend armen
hoe vaak liep ik hier toen
niks om handen, niks te doen
gewoon mijn tijd wat te verdromen.

(refrein)

Johan Verminnen – Bruselas (1976)

Mi Bruselas, estoy en tu bolsillo (interior)
un cálido abrigo tu casco antiguo
que me abraza
y calienta como antes,
cuando yo, perdido y desanimado,
escogía tu amparo
aunque mis sueños son
ahora algo más tristes.

Aquí conocí a mi primer amor
mi primer sueño
primer dolor [tristeza, pena]
aquí grabé también su nombre
en tus árboles
aquí tuve amigos
fui al colegio
y también vagué sin rumbo
aquí me sentí muchas veces perdido.

Mi Bruselas, aunque estés muy enferma
una topera
una tierra baldía
en ruinas no te conozco
ay, estás terriblemente cambiada
aunque seas como una casa fea
aun así me siento aquí seguro en casa
como en ningún otro lugar.

(estribillo)

Mi Bruselas, me vuelvo a perder
y recorro tus calles arriba y abajo
son tus mil brazos
cuantas veces anduve por aquí entonces
desocupado, [sin] nada que hacer
simplemente soñar un poco mi tiempo.

(estribillo)

Johan Verminnen – Bar Tropical (1978)

Achter een koffie zit ['k] te dromen
in Bar Tropical
over de tijd van de kolonie
over een ver vergeten land
zelfs de jukebox heeft heimwee
naar de klank van de tam-tam.

Een terras in Bukavu
en de zomer was lang,
een brief uit Europa
bericht uit moedersland.
Is een kind uit de tropen
een kind zonder land.

De regen is zacht
en kent geen seizoenen
in dit beloofde land.
Ligt er een schip in de haven
met geur van mahoniehout?
Is het met vruchten beladen
in Matadi of Boma gestouwd?

Bij het jaar 61 [eenenzestig]
stond er in z'n dagboek,
soldaten die vielen
als vogels zo stil,
ze kwamen als dieven
hij was nog een kind.

Zelfs de jukebox heeft heimwee
naar de klank van tam-tam.
Je wordt hier dronken van weemoed
in Bar Tropical (2x)

Johan Verminnen – Bar Tropical (1978)

Tras un café estoy soñando
en el Bar Tropical
con la época de las colonias
con un lejano y olvidado país
hasta la gramola tiene nostalgia
del sonido del tam-tam.

Una terraza en Bukavu
y el verano era largo,
una carta de Europa
noticias de nuestra tierra.
¿Es un niño de los trópicos
un niño sin patria?

La lluvia es suave
y no conoce estaciones
en esta tierra de promisión.
¿Hay un barco en el puerto
con aromas de caoba?
¿Está cargado de frutos
estibados en Matadi of Boma?

En el año 61
estaba escrito en su diario,
los soldados cayeron
silenciosos como pájaros,
llegaron como ladrones
él aún era un niño.

Hasta la gramola tiene nostalgia
del sonido del tam-tam.
Aquí te embriaga la melancolía
en el Bar Tropical (2x)

Johan Verminnen – In de Rue de Bouchers (1979)

[dialect van Brussel]

As ge Brussel wilt zeen leive
moede nie vuil geld oeitgeive
dô es ne côtei
   wô da g'a nie moe geneire
goit er nen ôvend passeire
in de rue des Bouchers (4x)

't Es de strôt van de studente
dei studeire op d'agente
en dei sout komt van Wemmel en van lôke
uile slechte reputôse môke
in de rue des Bouchers (4x)

't Es de strôt par excellence
van d'artiste zonder cense
da komt rope (zoupe),
   da komt poeffe
da komt drinke, da komt stoeffe
in de rue des Bouchers (4x)

Ge kunt dô vanalles vinne
Russe macreaux en sardinne
fritten en moules parquées
slôge dei Brusseleirs in uile gilei
in de rue des Bouchers (4x)

't Volk
   van 't ien in 't ander
van hée trekt dad is op een ander
en ze komme mè een giel kudde
de mense uile zakken oeitschudden
in de rue des Bouchers (4x)

we'd getapt en gezaupe
da blaift dô tot 's merges aupe
en as ze de dui todroeie
den es den ôn al on't kroeie
in de rue des Bouchers (4x)

http://lyricstranslate.com/es/de-rue-des-bouchers-de-rue-des-bouchers.html

Johan Verminnen – In de Rue de Bouchers (1979)

[in standaard Nederlands]

Als je Brussel wilt zien leven,
hoef je niet veel geld uit te geven
Daar is een buurt
   waar je je niet hoeft te schamen
ga er eens een avond doorbrengen
in de Beenhouwersstraat (4x)

Het is de straat van de studenten,
die studeren op de politieagenten
en die gasten komen van Wemmel en van Laken
hun slechte reputatie maken
in de Beenhouwersstraat (4x)

Het is de straat bij uitstek
van de artiesten zonder geld
die komen zuipen,
   die komen schulden maken
die komen drinken, die komen stoefen
in de Beenhouwersstraat (4x)

Je kan er vanalles vinden
makreel op z'n Russisch en sardienen
frietjes en rauwe mosselen
slaan die Brusselaars achterover
in de Beenhouwersstraat (4x)

De mensen gaan daar
   van het één (ca) naar het ander
van hier gezien lijkt het op een ander
en ze komen dan met een hele bende
de mensen hun zakken leegmaken
in de Beenhouwersstraat (4x)

Daar wordt bier getapt en gezopen
daar blijft het tot 's morgens open
en als ze de deur sluiten
is de haan al aan het kraaien
in de Beenhouwersstraat (4x)

http://lyricstranslate.com/es/de-rue-des-bouchers-de-rue-des-bouchers.html

Johan Verminnen – In de Rue de Bouchers (1979)

[in standaard Nederlands]

Als je Brussel wilt zien leven,
hoef je niet veel geld uit te geven
Daar is een buurt
   waar je je niet hoeft te schamen
Ga er eens een avond doorbrengen
in de Beenhouwersstraat (4x)

Het is de straat van de studenten,
die studeren op de politieagenten
en die gasten komen van Wemmel en van Laken
hun slechte reputatie maken
in de Beenhouwersstraat (4x)

Het is de straat bij uitstek
van de artiesten zonder geld
die komen zuipen,
   die komen schulden maken
die komen drinken, die komen stoefen
in de Beenhouwersstraat (4x)

Je kan er vanalles vinden
makreel op z'n Russisch en sardienen
frietjes en rauwe mosselen
slaan die Brusselaars achterover
in de Beenhouwersstraat (4x)

De mensen gaan daar
   van het één (ca) naar het ander
van hier gezien lijkt het op een ander
en ze komen dan met een hele bende
de mensen hun zakken leegmaken
in de Beenhouwersstraat (4x)

Daar wordt bier getapt en gezopen
daar blijft het tot 's morgens open
en als ze de deur sluiten
is de haan al aan het kraaien
in de Beenhouwersstraat (4x)

Johan Verminnen – En la Calle de los Carniceros (1979)

 

Si quieres ver vivir a Bruselas,
no necesitas gastar mucho dinero
Allí hay un barrio
   del que no tienes que avergonzarte
Ve
un día a pasar la tarde allí
en la Calle de los Carniceros (4x)

Es la calle de los estudiantes,
que estudian a los policías
y esos tipos vienen de Wemmel y de Laken
a traer su mala reputación
a la Calle de los Carniceros (4x)

Es la calle por excelencia
de los artistas sin un céntimo
vienen a emborracharse,
   vienen a contraer deudas
vienen a beber, vienen a presumir
en la Calle de los Carniceros (4x)

Allí puedes encontrar de todo
caballa a la rusa y sardinas
patatas fritas y mejillones crudos
se echan los bruselenses al coleto
en la Calle de los Carniceros (4x)

La gente va allí
   del uno [bar] al otro
vista desde aquí parece otra
y vienen con toda una banda
a vaciar los bolsillos de la gente
en la Calle de los Carniceros (4x)

Allí se tira y se bebe la cerveza
allí está abierto hasta la mañana
y cuando cierran las puertas
ya está cantando el gallo
en la Calle de los Carniceros (4x)

Johan Verminnen – Mooie dagen (1986)

't Regende tranen binnen in m'n hart
terwijl de zon scheen op de grote markt.
'k Stond tussen mensen maar ik was alleen
en lachte vriendelijk naar iedereen.

Er klonk een liedje van Gilberto Gil
dat eigenlijk alleen maar zeggen wil:
ach het leven is toch al zo kort
dat ik beter lachend wakker word.

[refrein]

O, mooie dagen
ik houd zo van die mooie dagen
mooie dagen (2x)

In Gent zag ik je op Sint Jakobs terug
Sindsdien gaan dagen
                      voor mij veel te vlug.
Duizenden mensen zongen op een plein
en ik die dacht van daar alleen te zijn.

Een fijn orkestje op een podium
zorgde ervoor dat ik weer dansen kon.
Want het leven is toch al zo kort
dat je beter lachend wakker wordt.

(refrein)

In Lokeren was jij er ook weer bij
wist ik
met m'n geluk geen blijf.
Onder een hemel die vol sterren stond
was
't dat ons verhaal begon.

Toen ik m'n liedjes naar de mensen zong
tussen de kramen en de lampions.
En al is m'n leven dan zo kort
ik weet nu dat ik lachend wakker word.

(refrein)

Johan Verminnen – Días de sol (1986)

Llovían lágrimas dentro de mi corazón
mientras el sol brillaba en la plaza mayor.
Estaba entre la gente pero estaba solo
y [son]reía amable a todo el mundo.

Sonaba una canción de Gilberto Gil
que en realidad solo quiere decir:
ay la vida es tan breve
que prefiero despertar riendo.

[estribillo]

Oh, días de sol
me gustan tanto esos días de sol
días de sol (2x)

En Gante te volví a ver en la plaza de Sint Jakob
desde entonces los días pasan
                                 demasiado rápido para mí.
Miles de personas cantaban en una plaza
y yo que creía estar allí solo.

Una orquesta simpática en un podio
se encargó de que pudiera volver a bailar.
Porque la vida es tan breve
que mejor que despiertes riendo.

(estribillo)

En Lokeren también estabas allí
no cabía en mí de júbilo.
Bajo un cielo cuajado de estrellas
fue como comenzó nuestra historia.

Cuando canté mis canciones a la gente
entre los puestos y los farolillos.
Y aunque mi vida sea tan breve
ahora que me despierto riendo.

(estribillo)

Johan Verminnen – Zingen tot morgen vroeg (1988)

Ik zal zingen tot morgenvroeg
iedereen slaapt
alles is rustig
de wereld is moe
ik blijf zingen tot morgenvroeg.

Ik zal zingen tot morgenvroeg
en mijn gitaar
houdt mij gezelschap
als een mooi boek
ik blijf zingen tot morgenvroeg.

Laat mijn gedachten maar komen
laat de beelden maar stromen
als een rivier
van de bron naar de monding
van mijn hart naar mijn lippen
van een pen naar papier
ik blijf zingen tot morgenvroeg.

(refrein)

Als de zon straks weer opstaat
en de wereld weer mooi maakt
als een saffier
die schittert, betovert
de wereld herovert
van de einder tot hier
heb ik gezongen tot 's morgens vroeg.

Ik wil zingen tot morgenvroeg
iedereen slaapt
alles is rustig
de wereld is moe
ik blijf zingen tot 's morgensvroeg.

Ik blijf zingen tot morgenvroeg (3x)

Johan Verminnen – Cantar hasta el alba (1988)

Voy a cantar hasta el alba
todos duermen
todo está tranquilo
el mundo está cansado
yo sigo cantando hasta el alba.

Voy a cantar hasta el alba
y mi guitarra
me acompaña
como un buen libro
yo sigo cantando hasta el alba.

Que vengan mis pensamientos
que fluyan las imágenes
como un río
del nacimiento a la desembocadura
de mi corazón a mis labios
de la pluma al papel
yo sigo cantando hasta el alba.

(estribillo)

Cuando el sol luego vuelva a levantarse
y vuelva a embellecer el mundo
como un zafiro
que destella y embruja
reconquista el mundo
del horizonte hasta aquí
he cantado hasta el alba.

Quiero cantar hasta el alba
todos duermen
todo está tranquilo
el mundo está cansado
yo sigo cantando hasta el alba.

Yo sigo cantando hasta el alba (3x)